Zorgelijke afgrond…

Afgelopen weekend bladerde ik een beetje door de weekendeditie van De Tubantia. Ik heb alleen een abonnementje op zaterdag. De rest van de week geen tijd om ‘s ochtends de krant te lezen en ‘s avonds bij thuiskomst is alles alweer “oud nieuws”. Mijn aandacht werd getrokken door een mooi opgetekend verhaal over de budgetproblemen van onze gemeente. De wethouder stak zijn verhaal af onder de titel: ‘Zorg duwt gemeente richting afgrond’.

Zorg is inderdaad duur. Zelfs zo duur dat ziekenhuizen het loodje leggen. Niet alleen ziekenhuizen, het Rijk en gemeenten zwichten onder de immense lastendruk van ‘zorg’. Als ik bekijk wat mijn eigen werkgever, een grote middelbare school, uitgeeft aan zorg, duizelen de tonnen aan euro’s je voor de ogen. Ook gewoon thuis, bij u en mij. Reken eens uit wat u kwijt bent per jaar aan zorgpremies, verplicht en vrijwillig eigen risico. Volgens mij is wel te concluderen dat zorg gewoon niet meer te betalen is, voor niemand.

Gisteren moest ik bij het ziekenhuis in Hengelo zijn. Bij aankomst is het eerst zoeken naar een parkeerplaats. Dat voorspelt al niet veel goeds. Parkeren kost daar tegenwoordig voor 2,5 uur ook al weer €4,50. Bij binnenkomst moest ik mij een weg banen door een mierenhoop van mensen. Zouden al die mensen ziek zijn? Dan hebben we toch wel een hele zieke Twentse bevolking. Maar goed, dat zullen ze misschien ook wel van mij denken. Mijn afspraak van 10.30 uur werd verlaat tot 11.15 uur. Sorry meneer voor het wachten, het is druk.

Vervolgens door voor een hartfilmpje en ook daar was ik niet alleen in de wachtkamer. Eigenlijk is een ziekenhuis één grote wachtkamer. Als laatst langs het lab om bloed af te laten tappen. Daar werd ik tijdens het wachten een half uur lang getrakteerd op jengelende peuters en een mevrouw die ik op een halve meter net kon ontwijken omdat ze haar ontbijtje eruit gooide…’moet je ook maar nuchter blijven tut’. Ondertussen had ik wel trek gekregen na een voor mij wél nuchtere ochtend. Ik bestelde een kopje koffie en een broodje in het ziekenhuisrestaurant. Het was alsof ik me in een Michelin-etablissement waande. Niet zo zeer qua entourage, maar wel qua prijs. Maken ze toch nog ergens winst op, dacht ik nog.

Weet u wat ik het meest positieve vind van onze zorg in Nederland? De mensen die er in werken. Van receptionist tot arts, van neuroloog tot verpleegkundige en van bloedaftapper tot restaurantmedewerker… Het zijn allemaal stuk voor stuk geweldige en vriendelijke mensen. Ze hebben niks met geld en juist heel veel met u. Dat is hun kracht en wellicht ook de grootste valkuil van heel de zorg…

Namens Niels,

een fijne dag…