
De zwemclubs in Goor en Markelo hebben een verstandig besluit genomen door te gaan fuseren. Eén van de redenen voor de innige samenwerking was het droombeeld van een groot 50-meterbad. Om zo werken aan een club die blijvend nationale topsport kan bedrijven. Een paar dagen na de fusie werd die hoop knalhard de grond in geboord. Er komt een nieuw 25-meterbad op of grenzend aan het GFC-veld. Wat schetst mijn verbazing: voorzitter Jeroen Moormann is teleurgesteld, maar gaat wel akkoord…??? Ik moet de eerste voetbalvoorzitter nog tegenkomen die genoegen neemt met een half veld.
Wat is dat nou, Jeroen? Je bent toch geen konijn dat in koplampen van een naderende vrachtwagen kijkt? Jij bent voorzitter van de club die Goor op de kaart heeft gezet. Hinkelien Schreuder, Marleen Veldhuis: internationale toppers die begonnen bij jouw clubje. En ook nu dobberen er weer een paar talentjes in het Goorse water rond. Begeleid door de trainer die iedere club graag in huis zou hebben: Hennie Alink. Kortom: toekomstperspectieven voldoende. Dan ga je toch niet akkoord met een 25-meterbad?
Als club moet je een volgende stap willen maken. Van opleidingsinstituut de sprong wagen naar de Nederlandse top. De 50-meterbaden in Overijssel zijn op de vingers van een gepensioneerde timmerman te tellen. Grijp je kans! Goor kan een zwemcentrum van allure in de regio worden. Maar niet met zes lullige baantjes van 25 meter.
Neem een voorbeeld aan je boegbeeld Hennie Alink. Hij roerde wel meteen de trom. Alink kent de wetten van topsport. Soms moet je ijzer met handen willen breken. Harder willen lopen dan de rest.
Dus Jeroen, toon je een ware voorzitter en beklim de barricades. Niet dat slaafse gedoe richting de gemeente. Dreigende taal willen we horen. Mep op met die vuist: keihard op tafel! Om het op z’n Goors te zeggen: “Ie bunt toch gin mietje?”
Bert Schabbink