Diverse regionale en landelijke media kopten afgelopen weekend met titels als: ‘Alcohol en drugs op teenage-party’ en ‘Ze zijn werkelijk helemaal losgeslagen, van God los!’ Een niet al te best beeld zou je er van krijgen als je als ouder van een puber de krant openslaat. Gedoeld werd op de jeugd die de gang naar het uitgaan weer heeft teruggevonden na een periode van thuiszitten…
Met veel herkenning scande ik de nieuwsartikelen en inderdaad kon ik aan veel verhalen een voorbeeld uit de praktijk plakken. Waarom is het nu zo veel anders dan voor de Coronatijd? En is dat dan alleen in de horeca of zijn er ook andere plekken waar het wel eens mis gaat?
Voor een deel heeft het te maken met ‘autoriteit’. Twee jaar lang waren ze hun eigen autoriteit. Tijdens online lessen zette ze de leraar op ‘mute’ en gingen wat anders doen. Geen mens die er iets van zei. Pa en ma waren aan het werk en de leraar op het schermpje was al lang blij dat hij ook maar iets didactisch digitaal kon overbrengen. Nu moeten ze ineens weer naar iemand luisteren, rechtop zitten en eerst een vinger opsteken alvorens iets te vragen. Als je twee jaar lang deze vaardigheden niet geleerd hebt, valt het niet mee om weer in dat regime te komen. Ben je dan onaangepast? Onbeholpen of brutaal?
Hetzelfde is er aan de hand tijdens de weekenduren. Voorheen had je iedere zaterdag een handjevol ‘nieuwelingen’; jongeren die in die week zestien jaar waren geworden en voor het eerst uit mochten. Deze groep frisse en nieuwe stappers werden ‘opgevoed’ door de meer doorgewinterde en oudere bezoekers. Zoals bij een roedel wolven kent iedereen zijn plaats en ongewenst gedrag wordt vrijwel direct onderling afgestraft. Hoe anders is dat nu. Iedere zaterdag komen er alleen maar nieuwelingen binnen. Jeugd van achttien jaar die nog nooit een kroeg van binnen hebben gezien. Geen ‘Alfa-wolf’ in de buurt die een corrigerende grom laat horen als de welpjes buiten de lijntjes lopen. Wederom geen autoriteit en een rolmodel in de buurt.
Horecaportiers en kroegbazen hebben vervolgens de ondankbare taak om de gedaante van surrogaat Alfa aan te nemen. Een rol die je eigenlijk niet wilt hebben omdat je toezichthouder bent en geen opvoeder. Beveiligers krijgen de wind van voren als ze dat meisje van vijftien weigeren aan de deur. Een trap in je rug kun je krijgen als je tussen twee bekvechtende haantjes op de dansvloer komt. Een brandende sigaret in je oog geschoten als je iemand wijst op het rookverbod en ontelbare keren de meest vreselijke ziektes toegewenst krijgen. ‘Storming en norming’ noemen we dat. Er is storm maar nog geen norm.
Van God los? Losgeslagen? Onaangepast? Volgens onze waarden en normen, de Alfa’s, misschien wel, maar voor de nieuwelingen het onzichtbare gat dat corona geslagen heeft. Vaak helpt een beetje aandacht, geduld en luisteren heel goed. Uiteindelijk zullen ze een keer uitgestormd zijn… Hopelijk zonder al te veel blauwe ogen voor deze oude horecaportier…
Namens Niels,
een fijne dag…