De afgelopen weken hebben we allemaal weer live kunnen meemaken dat overal ter wereld bepaalde mensen een andere behandeling krijgen dan anderen. Eens in de zoveel tijd, vooral na een heftig incident, laait het vuur weer op. Wat is er nu eigenlijk écht aan de hand?
Er komen van alle kanten tegenstrijdige signalen. Artikel 1 van onze grondwet is een hele duidelijke en staat ook niet voor niets op plek 1 van wat wij blijkbaar het allerbelangrijkste vinden. Maar tussen ‘iets belangrijk vinden’ en ‘er naar handelen’ zijn twee totaal verschillende aangelegenheden lijkt het. Je zou zeggen dat als je iets op nummer 1 hebt gezet dat je bij alles wat je doet dát als uitgangspunt zou laten gelden?
Waarom doet Nederland dan nog steeds zaken met landen waar homoseksualiteit een doodzonde is en als misdrijf wordt gezien? Waarom sturen we het leger niet naar Hongkong waar de vrijheid van meningsuiting en vrijheid in het algemeen in gevaar komt? Waarom past onze eigen overheid etnische profilering toe bij de Belastingdienst en waarom wordt een persoon in oude afgetrapte Polo eerder staande gehouden dan een bestuurder van een dure chique bolide?
Waarom mag ik met mijn motorvrienden niet ongestoord op een openbaar terras zitten en waarom worden wij met regelmaat van de weg ‘getrokken’ om ons te moeten onderwerpen aan een kruisverhoor aan de kant van de weg? Waarom worden woonwagenkampen geweerd uit gemeenten? Waarom kijken we gelaten toe wanneer een Joods restaurant voor de zoveelste keer doelwit is van vernieling?
Allemaal vormen van profilering op basis van wat je denkt te zien maar helaas niet op basis van rationele feiten. Voor zulke, dagelijks voorkomende incidenten, zie ik niemand de barricades op gaan. En dát is het échte probleem, wij accepteren rechtsongelijkheid!
Je gediscrimineerd voelen is niet enkel voorbehouden aan een bepaalde groep mensen. Ik snap de demonstranten vorige week op verschillende plekken in Nederland, maar ze stonden daar voor de verkeerde reden, namelijk voor een slap aftreksel van het werkelijke probleem. De witte demonstrant die een bord vast houdt met de tekst: “Black lives matters” zit zondag voor in kerk waar de pastoor predikt dat homo’s zieke mensen zijn.
De zwarte demonstrant met het bordje ‘I can’t breath’, werkt in de haven waar hij vrachtschepen lost uit landen waar ‘uitbuiting’ en ‘kinderarbeid’ woorden zijn die niet in het woordenboek voor komen. Een Amsterdamse burgemeester, acht laat ik daar nu maar eens helemaal niets over zeggen…
Wat ik bedoel te zeggen is dat ‘verschillen maken’ diep in de haarvaten van de wereld zit. Hoe meer aandacht je het geeft, hoe meer het leeft. Het voedt zich met angst. Iedereen is mij even lief, er is geen race in wie het meest gediscrimineerd wordt.
“Wat gij niet wilt dat u geschiedt, doet gij dat ook een ander niet”. Dat zou een mooie aanvulling zijn op het eerste puntje van onze grondwet…
Namens Niels,
een fijne dag…